Mogen we wel trots zijn?

Deze weken worden de scores van de eindcito van groep 8 bekend gemaakt. Een VMBO-docente schreef een open brief aan het Jeugdjournaal: waarom zo trots in beeld brengen hoe een kind op school bejubeld wordt omdat ze nul fout had bij de eindcito? De brief ging meteen viral, ook ik deelde hem op Facebook. Want natuurlijk moeten we niet alleen de hoge scores bij een Cito bewonderen, het gaat om de geleverde prestatie, op élk niveau.

En toen kwam deze reactie van een moeder op mijn pagina. Ze schreef: “Ik durf ook niet meer openbaar trots te zijn”. Want ja, ouders van (hoog)begaafde kinderen durven vaak niet te praten over wat hun kind heeft gepresteerd, uit angst dat ze als opschepperig worden gezien. Soms lijkt het of je wel trots mag zijn als je kind een sportieve uitblinker is, maar minder als je kind op intellectueel gebied uitblinkt.

Doe maar gewoon…

In ons nuchtere Nederland mogen we sowieso niet snel trots zijn. “Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg”. Laatst kreeg ik een appje van een vriendin, ze vond dat ik online teveel opschepte over mijn sportieve prestaties: “Het zou toch wat zijn als we dat allemáál zo uitgebreid op Facebook gingen zetten. Je moet het voor jezelf doen, niet voor de buitenwereld”. Het hield en houdt me nog bezig.

De eerste stapjes

Die moeders die trots de foto’s van hun kind showen. Facebook likeDe eerste glimach. De eerste stapjes. De zwemdiploma’s, veterstrikdiploma’s en typedyploma’s. Het eerste blokfluitdeuntje. De een gruwelt ervan en ergert zich rot, de ander geniet mee en drukt vrolijk op duimpjes en hartjes. En als we oma worden, dan gaan we er lustig mee door, hoe trots we zijn op onze kleinkinderen. Vreselijk! Of niet?

Wie bepaalt nu wat er ‘heurt’? Hoor je je in te houden? Hoor je bescheiden te zijn?

“Leven en laten leven”, antwoordde ik die vriendin, “Je hóeft me niet te volgen op Facebook”. En je hoeft me al helemaal niet te vertellen wat ik wel en niet plaats… dacht ik erachteraan.

Kwetsend

Laatst sprak ik een moeder die laaiend was op haar vriendin, want die had op Facebook gejubeld dat haar zoon Havo-advies had gekregen. Terwijl ze toch donders goed wist hoe gevoelig dit onderwerp lag. Want háár zoon had het net niet gehaald, en dat wíst haar vriendin.

Moeten we onze trots inhouden, omdat we daarmee anderen tot last zijn, of kwetsen? Ik krijg het er benauwd van, het raakt enorm mijn behoefte aan vrijheid, iemand die mij vertelt wat ik wel en niet moet doen. “Ik heb van huis uit geleerd dat ik niet mag opscheppen, dus dan mag jij het ook niet doen”. In de grote buitenwereld woeden soortgelijke discussies: vrijheid van meningsuiting versus vrijheid van godsdienst. Mag je zeggen wat je wilt, of moet je zorgen dat je niemand kwetst? Er is vast een middenweg…

Waarom zijn we trots?

Waarom zijn we eigenlijk trots op onze prestaties? Volgens mij is het een gevoel van ultieme tevredenheid: “Dat heb ik goed gedaan”. trots op je kindMaar waarom willen we (lees: een aantal van ons – ook ik, zei de gek) dat zo graag delen op social media? Ik vroeg aan mijn moeder van 82 hoe zij hierover dacht. Ze antwoordde: “We zoeken iemand die ons bevestigt en prijst, zodat we ons nog trotser voelen. En dat is goed voor ons zelfvertrouwen”. Ja. We willen constant bevestiging. Is dat niet een beetje kinderlijk? Mijn moeder: “Het is een vriendelijke spiegel”. En zo is het… we horen graag van anderen dat we het goed doen. De een heeft er genoeg aan om dat tegen zichzelf te zeggen, de ander hoort het graag van anderen.

Trots op je kind

Trots zijn op je kind, en dat hardop zeggen, is weer een tandje erger. Want wat zeg je dan eigenlijk…: “Ja mensen, dat kind heb ík gemaakt, en kijk eens wat hij kan! Hij kan al doorslapen, hij kan zulke grappige dingen zeggen, hij kan al zelf naar de supermarkt… ”… en die rij is oneindig. Onzekere mensen kúnnen erin horen: “Mijn kind is beter dan jouw kind”. En daar houden we niet van, mensen die zich superieur opstellen, waardoor wij ons inferieur voelen. Of gewoon jaloers?

Maar ga eens eerlijk bij jezelf na, denk je écht dat dat de onderliggende boodschap van een trotse ouder is: mijn kind is beter dan jouw kind? Zou het niet kunnen zijn dat die moeder gewoon denkt: “Ik heb hem helpen doorzetten, ik weet hoeveel moeite dit hem heeft gekost, en ik weet hoe het ook wel eens mis ging, dus ik ben érg tevreden en dus apetrots!”

En… spiegeltje, spiegeltje…

Soms is het goed om ook even naar binnen te kijken. trots social mediaWaarom voel ik deze trots? Waar heb ik behoefte aan? Waar komt dat lekkere gevoel vandaan als iemand mij een like geeft op Facebook? Welk innerlijke kind staat er dan blij te springen? De Sire-campagne begin dit jaar gaf het ook al aan: “Voor wie doe je het eigenlijk?”. Je hoeft er niets mee te doen, maar een beetje bewustwording kan geen kwaad. Zodat je ook met mildheid en humor naar jezelf kunt kijken, als je weer lekker trots en uitbundig doet: “Oeps haha, daar gá ik weer!”.

Terug naar die brief over het VMBO…

Wat ik vooral mooi vind aan die ingezonden brief, is: we moeten niet alleen de slimste kinderen ophemelen. Élk kind verdient een trotse vader of moeder. Gewoon om wie hij is en om alle hobbels die het telkens opnieuw leert nemen. Want we leren wat af bij het opgroeien. En als we ons gezien worden in de moeite die we ergens in stoppen, en als we erkenning krijgen voor de prestaties die we hebben geleverd, dan sterkt dat ons vertrouwen dat we nog véél meer kunnen. En dat is wat je kinderen van elk schoolniveau wilt meegeven: voldoende zelfvertrouwen om de wijde wereld in te stappen.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *