Ik mis oma zo

Ik mis oma zo

Half 12 ’s avonds, ik ben net klaar in de badkamer en hoor luid gesnik. Ik doe de kamerdeur van onze 13-jarige dochter open en ze staat te huilen voor het open raam. “Ik mis oma en Binkie en Lotje zo…”.

Twee jaar geleden hadden we een zware periode met veel dood: eerst de ene kat, toen de andere kat, en toen nog het ziekbed en overlijden van mijn schoonmoeder.

Kinderen gaan zo bijzonder met de dood om… als het gebeurt, lijken ze er soms snel ‘overheen’ te zijn. Maar ik weet nog dat onze zoon – die echt niet zoveel met huisdieren heeft – op zijn 9e opeens begon te huilen om een kat die al 3 jaar ervoor overleden was, zomaar out of the blue: “Ik mis haar opeens”.

En ook al is het half 12 en al ver over bedtijd, ik kruip nog even in het donker bij ons meisje in bed. We praten over oma. Ik denk terug aan mijn eigen oma die dood ging toen ik 19 was.

Ze zegt: “Ik vind het zo erg dat ze niet ziet wie ik nu ben geworden, hoe anders ik nu ben, en dat ik niet heb verteld wat ik voor haar voel”.

Ik denk aan mijn vader, die overleed toen ik zwanger was van deze dochter. “Dat heb ik ook met mijn vader, dat hij niet meer ziet wie ik nu geworden ben en wat voor werk ik nu doe. We zouden nu zulke andere gesprekken hebben”.

Ik vertel haar dat er mensen zijn die denken dat je na je dood nog niet helemaal weg bent. Die denken dat mensen die dood zijn misschien nog wel in de buurt zijn en misschien zelfs een beetje voor je zorgen. Of het waar is weet ik niet, maar ik heb al jaren het gevoel dat mijn oma mij een beetje beschermt.

“Misschien zorgt oma ook wel een beetje voor jou, zonder dat we het zien?”. Dat vindt ze wel een fijne gedachte.

We praten nog even verder over oma. Alle leuke dingen die we met haar deden. Hoe graag we er kwamen. En hoe blij ze met ons was. Hoe vaak ze bij oma gelogeerd heeft. Wat we nog tegen haar wilden zeggen.

Misschien was het maar goed dat oma deze Corona-tijd niet meer meemaakte, ze zou zo eenzaam en bezorgd geweest zijn.

En dan praten over de poezen die ze zo mist, haar maatjes. Drie jaar waren ze pas, broer en zus, en een half jaar na elkaar kregen ze steeds meer last van epileptische aanvallen. Het was echt een nare tijd. En ook al zijn er nu 2 nieuwe poezen waar ze gek van is, dit gemis blijft.

Terwijl we samen zo zachtjes praten en stil zijn, wordt ze steeds rustiger.

Ik geef haar een laatste knuffel en vertrek naar mijn eigen bed.

(Mocht je je dit afvragen: voor dit soort persoonlijke blogs vraag ik altijd toestemming voor ik ze publiceer)


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site werkt met cookies: wil je verder gaan, ga dan eerst akkoord met het gebruik hiervan. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies', zodat je niet eerst allerlei aparte toestemmingen hoeft te geven. Als je doorgaat op deze website zonder je cookie-instellingen aan te passen of als je klikt op "Accepteren" dan ga je akkoord met deze instellingen.

Sluiten